ZWEMMEN MET PLEZIER!
DEEL 1 - INTRODUCTIE
Plezier wordt door verschillende factoren beïnvloed. Daarom vinden wij het is heel belangrijk dat uw kind dingen doet die lukken. Het ervaren van succes stimuleert het zelfvertrouwen en de motivatie. Een zwemles wordt ook leuker als uw kind af en toe zelf mag meebeslissen wat hij/zij gaat doen. Want helemaal zelfstandig bepalen wat je gaat doen is heel leuk. Veel kinderen vinden het leuk om te weten waarom ze iets moeten leren in het zwembad. Uitleg geven over verschillende onderdelen kan het plezier en de motivatie daarom flink verhogen.
DEEL 2 - EEN SPETTERENDE START
Als kinderen voor het eerst bij ons komen zwemmen zijn de
reacties van de kinderen verschillend.
Vaak zijn ze dolenthousiast dat ze eindelijk op zwemles mogen. Deze kinderen zijn vaak al watervrij. Dit betekent dat ze geen angst hebben in het water. De kinderen hebben al plezier in het water en de kunst is om ze uit te dagen door hun oefeningen te laten doen die ze al kunnen en hun daarvoor te complimenteren. Natuurlijk gaan we de grenzen dan al snel verleggen door hun oefeningen te laten doen die ze nog niet kunnen of oefeningen te laten verbeteren. Deze kinderen zijn vaak al een stapje verder en vinden het ook prachtig om het dan voor te doen voor andere kinderen. Kinderen die voor het eerst komen zwemmen krijgen altijd drie bandjes om iedere arm. Al snel zullen deze kinderen worden uitgedacht om met minder bandjes te zwemmen zodra ze de trappelbenen op de rug goed kunnen. Ook gaan we regelmatig naar het diepe, dat is dan weer een hele overwinning!
DEEL 3 - MAAR IK VIND HET ENG...
Natuurlijk zijn er ook kinderen die voor het eerst op zwemles komen en het super spannend vinden. Voor deze kinderen is het zeker belangrijk om hun veilig te laten voelen in hun leeromgeving. Ze moeten vertrouwen krijgen in de meester of juf, de omgeving maar ook zeker in zichzelf. We zullen kinderen dan ook nooit dwingen om dingen te doen die ze echt niet durven. Wel zullen we ze motiveren om hun angst te overwinnen. Bijvoorbeeld springen in het water kan erg spannend zijn. Eerst mogen ze doen op hun billen zitten en het water in gaan, later staand met een handje van de meester of juf, later naar de hand toespringen en als laatst zelfstandig. Wanneer ze dat dan kunnen zijn we super trots op uw kind en laten dat dan ook uitbundig merken waardoor uw kind ook trots is op zichzelf. Dit geeft zelfvertrouwen aan uw kind en daar wordt u, uw kind en wij natuurlijk blij van.
DEEL 4 - LEUK & LEERZAAM!
Drijfmiddelen zijn noodzakelijk om te leren zwemmen. Door een beetje fantasie te gebruiken worden de drijfmiddelen ook leuk. Ook andere materialen zijn leuk en leerzaam om te gebruiken. De gekleurde slang gebruiken we vanaf de eerste les. Om de trappelbenen aan te leren moeten kinderen de slang voor zich houden. Nu zijn ze een boot. Wanneer ze dan erop gaan zitten, is het ineens weer een zeepaard. Dit is niet alleen heel erg leuk maar zo leren de kinderen ook dat ze zich kunnen voortbewegen door hun benen en handen op verschillende manieren te gebruiken. Ook worden hun spieren getraind en krijgen ze meer uithoudingsvermogen. Met de mat kun je ook leuke dingen doen. Hier mogen ze vanaf springen, wat best spannend is want de mat wiebelt behoorlijk! Aan het eind van de les mogen ze er ook wel eens met z’n allen op gaan zitten, dan is de mat een vlot. Ze moeten de mat laten varen door met elkaar met hun armen en benen te bewegen in het water. Zo krijgen ze ervaring hoe ze zich kunnen verplaatsen . De glijbaan vinden de kinderen geweldig! Ze mogen dan van de glijbaan af om vervolgens zichzelf in het water te verplaatsten. Op welke wijze wordt vaak door de juf of meester bepaald maar ze mogen ook wel eens zelf kiezen. Zelf kiezen verhoogd de pret, de kinderen voelen zich hierdoor vaak super stoer. Door van de glijbaan te gaan, gaan de kinderen vaak kopje onder en komen proestend boven. Zo leren ze zich te oriënteren onder en boven water. Spelende wijs gaan ze zo met allerlei materialen aan de slag. Voor uw kind leuk en leerzaam!
DEEL 5 - ZELFSTANDIG ZWEMMEN
Natuurlijk is het erg belangrijk dat uw kind zoveel mogelijk zwemt. Daardoor motiveren we de kinderen om zoveel mogelijk aan de slag te gaan. Dit doen ze door de opdrachten die ze krijgen. De kinderen die sneller klaar zijn krijgen vaak een opdracht om zelfstandig aan de slag te gaan. Dan wordt er gezegd door de juf of meester, als je klaar bent mag je banen zwemmen, ga je 5 x met je hoofd onder water of mag je 5 x in het water springen en er weer uit klimmen. Dit zijn voorbeelden van oefeningen in niveau 1 en 2. Bij een andere groep mogen kinderen bijvoorbeeld weer zelfstandig of samen vormpjes opduiken van de bodem of zelf duiken. Door de kinderen zulke opdrachten te geven hebben ze het idee dat ze even spelen maar natuurlijk zijn dit ook oefeningen waarvan ze leren. Met deze oefeningen leren de kinderen zelfstandig aan de slag te gaan (met toeziend oog van de meester of juf) terwijl andere kinderen dan weer net even extra aandacht krijgen om iets te leren wat ze nog moeilijk vinden.
DEEL 6 - DUIDELIJKHEID VOOR MEER PLEZIER
Wanneer heeft uw kind nog meer plezier in het zwemmen? Door duidelijkheid te geven. De juf of meester geeft duidelijke opdrachten en er wordt gevraagd of de opdrachten begrepen worden. Natuurlijk mogen ze het altijd vragen wanneer ze het niet begrijpen. De opdrachten worden ook regelmatig voor gedaan door de juf of meester. Soms moeten ze het voor elkaar voordoen. Dan voelt uw kind zich op dat moment erg belangrijk! Het moet ook duidelijk zijn waar de grenzen liggen. Deze worden bepaald door de juf of meester. Vaak proberen de kinderen die grenzen te overschrijden. Dan zult u wel eens zien dat de meester of juf uw kind terecht wijst. Op dat moment is het misschien even vervelend voor uw kind maar hij/zij weet wel waar hij/zij aan toe is. Wanneer uw kind weet wat de grenzen zijn, voelt uw kind zich vertrouwd. Een vertrouwde leeromgeving is prettig!
DEEL 7 - ZWEMMEN IS EEN SERIEUZE ZAAK
Het is voor kinderen moeilijk om te leren. Ze moeten zich veilig voelen maar ook nog eens allerlei zwemslagen goed uivoeren. Daarbij moet je ook nog eens luisteren naar de meester of juf. Dit alles na een schooldag waarvan ze moe zijn. Dit laatste is vaak snel verholpen. Zodra ze in het water gesprongen zijn is alle vermoeidheid verdwenen. Dan moeten ze vol aan de slag. Toch kan de boog niet altijd gespannen zijn. Daarom is er altijd de kans om even wat te vertellen tussendoor tegen je meester of juf. Misschien is er wat leuks gebeurd of juist niet. Kinderen willen dit graag vertellen en krijgen daar ook de kans voor. Natuurlijk geen lange verhalen maar even wat vertellen is altijd leuk. Even een grapje met elkaar en daarna weer aan de slag is altijd leuk! Wanneer de kinderen hun best doen zullen ze gecomplimenteerd worden. Het is altijd leuk om te horen wat je goed doet! Iedere leerkracht geeft op z’n eigen manier les. Natuurlijk loopt er wel een rode draad tussen. Wanneer uw kind van leerkracht wisselt zal het naadloos aansluiten op de methode van de andere leerkracht.
DEEL 8 - KIJK EENS WAT IK KAN!
Eén keer per maand mogen de leerlingen aan ouders of misschien wel een opa of oma, laten zien wat ze geleerd hebben. U mag dan de laatste 10 minuten van de les komen kijken naar uw kind. Kinderen vinden het prachtig om te laten zien wat ze geleerd hebben. Soms krijgen we ook andere toeschouwers. Dan nemen de kinderen een pop of knuffel mee van school. Die mogen ze dan voor een paar dagen mee naar huis nemen om voor te zorgen. Wat is dat dan leuk als die ook mee mag naar zwemles. Een eigen knuffel of pop wil ook wel eens helpen om uw kind te motiveren om extra hun best te doen. Natuurlijk is het niet handig als alle kinderen iedere week hun knuffels of poppen meenemen. Het moet wel bijzonder blijven. Een leerling vond het erg spannend om iedere keer te komen zwemmen. De juf vond het toen een goed idee om de knuffel te laten kijken. De knuffel werd op de bank gezet en dit kon prima gebruikt worden om het kind mee te motiveren. De leerling vond het erg leuk om de knuffel te laten zien wat hij kon!